In de achterliggende tijd heeft de raad nagedacht over de optie van plaatsing van kleinschalige windmolens in het buitengebied, tot 23 meter hoogte. Onze fractie staat daar uiterst terughoudend tegenover. Hoewel een meerderheid van de raad voorstander leek te zijn in de kaderstellende raad hierover op 1 juni jl., bleek uiteindelijk wel dat een hele trits voorwaarden gesteld worden door de andere fracties. Wat de SGP-ChristenUnie betreft kunnen we dan beter gewoon duidelijk ‘nee’ zeggen, in plaats van een ‘ja, mits’ en dan zo’n reeks voorwaarden stellen dat je eigenlijk ook ‘nee’ zegt.

Tijdens een boeiend debat wat u hier nog kunt nakijken hebben we als fractie onze argumenten naar voren gebracht. De VVD vonden we daarbij aan onze zijde. Andere partijen wilden hoogstens één windmolentje per locatie toestaan, maar dan wel onder een reeks strikte voorwaarden.

Het argument waarom wij geen voorstander zijn is hoofdzakelijk gelegen in deverrommeling van ons mooie Borselse landschap. We zijn de laatste maanden als raad terecht kritisch op verdere verrommeling en verpaupering door elektriciteitsmasten, aanlanding van wind op zee, buisleidingen, mogelijk twee kerncentrales en andere grootschalige fabrieken die impact op het landschap zullen hebben. Raadsbreed proberen we dat te voorkomen door bijvoorbeeld leidingen ondergronds te laten aanleggen en waar het echt niet anders kan ruime compensatie te eisen. We lijken daarin echt stappen te maken en de rijksoverheid en Tennet hebben inmiddels bereidheid getoond om verrommeling en landschappelijke impact te compenseren. Juist daarom vinden wij dat we als raad ook kritisch naar onszelf moeten kijken als het gaat om plannen die ruimtelijke impact hebben op ons kostbare Borselse landschap.

Daarnaast blijkt dat in plaats van één grote windmolen er honderden kleintjes tegenover moeten staan om een vergelijkbare opbrengst te genereren. Een kleine windmolen levert 15.000 tot 30.000kWh per jaar wat gelijk staat aan het gebruik van 3 tot 6 grotere gezinnen, terwijl één grote windmolen honderden keren zoveel energie levert. Materiaalgebruik per opgewekte kilowattuur is dus niet duurzaam wat ons betreft. Daarnaast doet Borsele al veel aan de provinciale opgave voor windenergie op land in het Sloegebied en wij vinden dat we dat ook daar bij moeten houden. Laten initiatiefnemers die in windenergie willen investeren dan daar een coöperatief project van de grond tillen in plaats van verdere verpaupering van ons waardevolle landschap middels kleinschalige individuele initiatieven te ontplooien, hoe lucratief ook. Bovendien dragen de kleine molens bij aan congestie op het elektriciteitsnet, wat al in steeds hoger tempo dichtslibt en een maatschappelijk probleem wordt of al is op sommige locaties.

De windmolens met een tiphoogte van 21 meter, worden nu verruimd naar 23 meteromdat er alweer een nieuwer type is. Voor ons rijst dan de vraag waar dit ophoudt en of er in de loop der jaren steeds meer bijkomen met verschillende hoogtes, wat nog grotere verrommeling geeft.

Tenslotte baren de milieueffecten ons zorgen. De kleine molens draaien met een veelhogere frequentie dan de grote windmolens. Zeker in een gecombineerd zicht geeft dit een onrustig beeld. Het Borselse landschap dient uit te nodigen om rust te vinden. Onze mening is juist dat er al teveel horizonvervuiling is en je bijna nergens meer echt vrij zicht hebt op het Zeeuwse Landschap. Ook het geluidsniveau is vaak hoog en onrustig wat voor nabijgelegen woningen hinder met zich mee kan brengen. Het is niet ondenkbaar dat juist ’s nachts wanneer producten in loodsen gekoeld moeten worden de molens extra draaien wat de negatieve geluidsbeleving versterkt. Hoewel er nog veel onderzoek gedaan moet worden naar het effect van kleine molens op vogels en vleermuizen wijzen de eerste resultaten in andere provincies erop dat het aantal aanvaringsslachtoffers groter is dan verwacht, zeker wanneer gekeken wordt naar het aantal slachtoffers per opgewekte megawattuur. Juist soorten zoals uilen en zwaluwen lijken extra kwetsbaar.

Kortom, we snappen dat een aantal ondernemers – momenteel hebben zich in Borsele vier ondernemers gemeld – een economisch verdienmodel zien, maar tegelijkertijd merken we als fractie juist ook maatschappelijke zorg over verdere verrommeling van het landschap. Dit laatste geeft de doorslag en is de reden dat onze fractie de belangen heeft afgewogen en een duidelijk standpunt inneemt. Tijdens de besluitvormende raad die later dit jaar zal plaatsvinden zullen we ons standpunt verdedigen in het debat en zal blijken welk beleid vastgesteld zal worden in Borsele.