Licht en lampjes

Het brengt me allemaal een beetje in verwarring. Nee, niet de sfeerbeelden van de afgelopen Kerstdagen, maar ons nieuwe kabinet. Meer concreet nog: uitspraken van politiek leiders van bepaalde regeringspartijen.

Eerder dit jaar was daar natuurlijk Rutte met zijn niet-meer-actieve-herinneringen. Jammer dat het bij zo’n staatsman zo lang duurt voor er weer lampjes gaan branden. 

Later kwam mevrouw Kaag met wel heel opmerkelijke uitspraken over vertrouwen in anderen. (zie mijn vorige column). Maar blijkbaar is bij haar het licht aangegaan! Want in het RD van 24 december jl. antwoordt ze op de vraag of er ook dingen zijn die ze zichzelf kwalijk neemt: “Wat ik echt anders had willen doen, was mijn uitspraak in september over vertrouwen (….). Het sloeg eigenlijk nergens op”. Kijk, dat waardeer ik dan weer.

Niet dat ik dan nu gerust ben op ons nieuwe kabinet waarvan (zeg maar) VVD en D66 het motorblok vormen. Want volgens een onderhandelaar (las ik in datzelfde interview in het RD) leken Rutte en Kaag tijdens de formatie soms op een kibbelend echtpaar. Maar volgens Kaag doen kleine kinderen dat. Nu hoop ik dat de volgende conclusie verkeerd is: een kibbelend echtpaar (of zo je wilt een stel kleine kinderen), baart een kabinet waarbij de broertjes en zusjes ook nog eens voortdurend kibbelen, lampjes te laat gaan branden en het licht pas aangaat nadat er uitspraken gedaan zijn die nergens op slaan.

Wat ben ik dankbaar dat we bij Kerst herinnerd werden aan het “Licht der wereld”, die al ver voor Maria hem baarde de namen meekreeg: Wonderlijk, Raadsman, Sterke God, Eeuwige Vader, Vredevorst. (Jes. 9:5)